Gouwenaar

De Gouwenaar, ook wel Lilac genoemd, is een prachtig konijnenras met een bijzonder lichtgrijze, pastelachtig blauwe vacht. Het ras komt oorspronkelijk uit Nederland, en is verder ontwikkeld met eenzelfde konijnenras (Lilac, Essex Lavender) uit Engeland, om inteelt te voorkomen. De Gouwenaar is een zeer zeldzaam konijnenras, en wordt over het algemeen alleen maar gezien op konijnenshows en -tentoonstellingen, dit terwijl de dieren het ook zeker goed zouden doen als huisdier voor zowel kinderen als volwassenen. Een schitterend konijn met een lief, zachtaardig en levendig temperament.

Andere benamingen

De Gouwenaar staat ook bekend onder de namen: 

• Cambridge Blue
• Essex Lavender
• Lilac

Land van herkomst

De Gouwenaar is op Nederlandse bodem ontstaan in de plaats Gouda. In Engeland is het ras ontstaan op twee plaatsen, namelijk Cambridge en Essex. 

Geschiedenis van de gouwenaar

De gouwenaar en Lilac zijn in theorie twee verschillende konijnenrassen, met eenzelfde oorsprong. Toch wordt in Nederland de gouwenaar aangeduid als ‘gouwenaar’ en ‘lilac’. De reden dat in Nederland beide namen worden gebruikt, is dat de Engelse dieren ook van invloed zijn geweest op de verdere ontwikkeling en verbreding van de bloedlijnen van de Gouwenaar. De rassen worden in Nederland dan ook gezien als één enkel ras, vandaar dat wij in ons land de Engelse benaming ook gebruiken als er over de Gouwenaar gesproken wordt. 

Een andere reden waarom de Gouwenaar en Lilac gezien worden als één ras, is dankzij het gegeven dat de Engelse fokster Illingworth in 1908 de eerste havana (een Nederlands konijnenras) naar Engeland haalde. Uit deze havana’s zijn een aantal lilac-kleurige konijnen geboren. De fokster ging met deze konijnen verder fokken onder de naam Essex Lavender. 

Naar alle waarschijnlijkheid – niet alle gegevens over de totstandkoming van de lavendel-kleurige of lila-kleurige konijnen is bekend – stammen alle huidige Gouwenaren en Lilac’s af van havana’s en Van Beverens. Alle Engelse rassen die tot stand zijn gekomen uit bovengenoemde kruisingen, zijn uiteindelijk opgegaan in één enkel ras, namelijk de Lilac. 

De eerste konijnen met een lila-kleurige vacht in Nederland, werden geboren bij een fanatieke duivenfokker, dhr. Spuyt. Hij fokte ook havana’s, en uit één van deze nesten zijn dieren geboren met een lila vacht. Hij gaf deze dieren de naam gouwenaar, als aandenken aan de stad Gouda, waar hij de dieren voor het eerst gezien heeft. Hij heeft ook Lilacs uit Engeland gehaald om meer vers bloed in zijn lijnen te fokken. De Gouwenaar is in 1927 in Nederland erkend als apart ras. 

De Gouwenaar wordt gezien als een zeer zeldzaam konijnenras van Nederlandse bodem, en is daardoor ook opgenomen in het bestand van Stichting Zeldzame Huisdierrassen (SZH), als zeer zeldzaam konijnenras. 

Uiterlijke kenmerken van dit konijnenras

Als je naar de Gouwenaar kijkt, zie je een konijn met eenzelfde lichaamsbouw als de havana. Ze hebben een korte, vierkante bouw, een brede borst en rug, brede schouders en een afgeronde, soepele achterhand. De kop moet breed en kort zijn, en rusten op een zeer korte en gespierde nek. De poten zijn goed in verhouding tot het lichaam. De oren van een Gouwenaar zijn stevig, hebben afgeronde punten en zijn zo’n 11 centimeter lang. Het gewicht van de Lilac ligt tussen de 2,5 en 3,5 kilogram. 

Vacht en kleur: een mooie kleur lilac

De vacht van een Gouwenaar is kort, fijn en zacht en behoort goed tegen het lichaam aan te liggen. Er is een normale hoeveelheid onderwol aanwezig. 

De kleur is een zachte lila, blauwachtige kleur, welke ook wel wordt omschreven als licht duifgrijs. Een andere omschrijving die aan de kleur gegeven kan worden, is die van een pastelachtig lichtblauw. De ogen behoren volgens de rasbeschrijving altijd grijsblauw te zijn. Bij bepaalde lichtinval is er een rode weerschijn in het oog te zien, wat ook wel vuurgloed genoemd wordt. Deze vuurgloed is een erfenis van de havana. 

Karakter van dit konijn

De Gouwenaar of Lilac is een zeer rustig, aanhankelijk konijn met een gematigd temperament. 

Gebruiksdoel

De Gouwenaar wordt vooral gehouden en gefokt door sportfokkers die er graag mee naar tentoonstellingen gaan. Toch zou de Gouwenaar als huisdier voor kinderen en volwassenen zeer geschikt zijn.

Huisvesting van de gouwenaar

Een gouwenaar moet gehouden worden in een konijnenkooi of konijnenren. Hoe groter de kooi, hoe meer oppervlak het dier heeft om in te lopen en te bewegen, hoe beter dit is. Hoe meer bewegingsvrijheid een konijn heeft, hoe beter dit is voor de geestelijke en lichamelijke gesteldheid van het dier. Je kan ervoor kiezen de gouwenaar buiten te huisvesten, maar ook kan hij zeker goed in de woonkamer gehouden worden als huisdier. Het beste is het om twee of meer konijnen te nemen, daar konijnen echte groepsdieren zijn en kunnen vereenzamen en zelfs kunnen komen te overlijden als zij in hun eentje gehouden worden. Je hoeft hierbij niet twee konijnen van hetzelfde ras of hetzelfde formaat te houden, een groter of kleiner konijn erbij doet al wonderen. 

Voeding voor de Gouwenaar

Qua voeding heeft het konijn gewoon biks nodig, of standaard konijnenvoer. Ook heeft hij ten alle tijden de beschikking over vers hooi nodig, wat van levensbelang is en zorgt voor een optimale spijsvertering van het dier. Doordat de tanden van een konijn levenslang blijven groeien, is het ook belangrijk voor materiaal in de kooi te zorgen waar het konijn aan kan knagen. Dit kunnen knaagstenen of knaagstokken zijn die bij de dierenwinkel zijn gekocht, maar je kan ook takken van de wilg in de kooi leggen, of takken afkomstig van (hoogstam)fruitbomen, en dan met name appelbomen en perenbomen.