TopDierenwinkels

Brabanconne

Het Brabants boerenhoen, of de Brabançonne, is een schitterend kippenras uit Belgisch Brabant, een Belgische provincie. De hennen staan bekend als goede legsters met gemiddeld 200 witte eieren per jaar. Zowel de hanen als de hennen van dit ras zijn erg op zichzelf en zijn zeer lastig (hand)tam te maken. Ze houden ervan om de hele dag vrij te scharrelen naar hun voedsel, en ze kunnen bovendien goed vliegen. Wat is de geschiedenis van het Brabants boerenhoen, hoe zien de kippen eruit en in welke kleurslagen komen ze voor?
kippenrassen topdierenwinkels

Andere benamingen

Het Brabants boerenhoen staat ook bekend onder de volgende namen:

  • Brabançonne
  • Brabançonnes
  • Brabants boerenhoen
  • Brabants hoen
  • Brabants hoender
  • Houpette
  • Topman

Land van herkomst

Het Brabants boerenhoen is ontstaan in Vlaams Brabant, ook wel Belgisch Brabant genoemd, een Belgische provincie die tegen Nederland aan grenst.

Geschiedenis

Het Brabants boerenhoen wordt gezien als een redelijk jong kippenras, daar het pas officieel sinds het begin van de twintigste eeuw ontstond. Toch bestaat het vermoeden dat het Brabants hoen al vele eeuwen langer rondloopt, daar er op diverse schilderijen uit de zeventiende en achttiende eeuw hoenders staan afgebeeld die zeer grote gelijkenis vertonen met het Brabants boerenhoen.

Het Brabants boerenhoen stamt af van de reeds in Europa voorkomende kuifhoenders, vermoedelijk gekruist met in de regio voorkomende boerenkippen. In het begin van de twintigste eeuw was dit ras zeer populair als legkip, mede om de hoge eieropbrengst per jaar (zo’n 200 stuks) en het gewicht van de eieren (65-70 gram). Na de Tweede Wereldoorlog raakte dit ras uit de populariteit, door de opkomst van leghybrides en rassen die meer eieren op jaarbasis legden. Hieronder valt ook de Leghorn.

Uiterlijke kenmerken

Als je naar het Brabants boerenhoen kijkt, zie je een landhoender dat vrij licht gebouwd is, en een vrij lang lijf heeft. Hanen wegen tussen de 2 en 2,5 kilo, hennetjes zijn lichter en wegen zo’n 1,5 tot 2 kilogram. De hennen hebben een vol en diep achterlijf, wat kenmerkend is voor kippenrassen welke bekend staan om de productie van vele eieren op jaarbasis.

De rug is lang en aflopend, en gaat in een vrij scherpe hoek over in een hoog gedragen staart. De staart mag volgens de rasbeschrijving niet volledig gespreid worden, maar moet iets

samengevouwen gedragen worden. Hanen hebben een rijke sierbevedering aan hun staart, met lange, brede en goed gebogen sikkels. De vleugels dienen goed tegen het lijf aan gedragen te worden. Poten van het Brabants boerenhoen hebben een leiblauwe kleur en zijn onbevederd.

Brabants boerenhoenders vallen onder de groep kuifhoenders, wat inhoudt dat de dieren een kuif hebben. De kuif is bij dit ras niet groot, en er mag bij dit ras – in tegenstelling tot veel andere kuifhoenderrassen – geen schedelknobbel aanwezig zijn. De aanzet van de kuif is vrijwel gelijk aan de breedte van de schedel en behoort met de vorm van de schedel mee te lopen naar achteren. Bij de haan zijn de veren op de kop langer en smaller, waardoor zijn kuif ook langer en smaller is dan de kuif van de hen. Op de kop, vóór de kuif, staat een kam van middelmatige grootte, waarvan de kamhiel iets oploopt. De kam van de haan stekt daarom ook over de kuif heen. Hennen hebben een kam welke in het front een dubbele S-vormige knik hebben zitten.

Dit ras heeft kleine, witte oorlellen. De oogkleur is donkerbruin tot donkerzwart en moet in overeenstemming met de kleur van de kop zijn.

Kleuren van de Brabançonne

Brabants boerenhoenders komen in diverse kleuren en kleurslagen voor, namelijk:

  • Kwartel
  • Zilverkwartel
  • Blauwkwartel
  • Columbia
  • Buffcolumbia
  • Wit
  • Zwart
  • Buff
  • Blauw

Alleen de blauwe kleur mag zowel met als zonder zoming gefokt worden.

Karakter van het Brabants boerenhoen

Het Brabants boerenhoen is een levendige kip die uitstekend kan vliegen. Ze zijn van nature erg actief en zoeken het liefst de hele dag ijverig naar voedsel. Deze kippen staan erom bekend niet erg vertrouwelijk te worden. Een eigenaar zal veel moeite moeten doen als hij de kippen van dichtbij wilt benaderen en dat de kippen uit de hand komen eten.

Broedsheid en eieren

Brabants boerenhoenders zijn typische legkippen. Ze leggen zo’n 200 witte eieren per jaar, met een gewicht van 65 tot 70 gram per ei. Net als bij andere legrassen ook het geval is, wordt de hen van dit ras niet snel tot nooit broeds.

Het zijn laatrijpe kippen, waarbij de hen rond de leeftijd van 6 of 7 maanden pas haar eerste ei legt.

Gebruiksdoel

Brabants boerenhoenders worden ondanks hun afnemende populariteit als legras nog steeds veelvuldig gehouden. De kippen worden vooral op kleinschalige boerderijen, kinderboerderijen en dierentuinen gehouden, maar ook als kip in de tuin doet het Brabants boerenhoen het perfect. Ze worden ook veel gehouden door sportfokkers, die met de dieren naar tentoonstellingen en shows gaan.

Doordat Brabants boerenhoenders het liefst de hele dag bezig zijn met het zoeken en scharrelen naar voedsel, kan dit dier het beste los gehouden worden. Wanneer ze in een ren gehouden worden, kunnen ze hun energie niet kwijt en gaan ze zich vervelen. Als dit gebeurt, kunnen de kippen elkaar gaan ‘pikken’ en elkaar zodoende verwonden.

Overige informatie

Het Brabants hoen wordt ook in een krielvariant gefokt, namelijk de Brabantse boerenkriel of Brabantse boerenhoenkriel. Deze krielen zijn een exacte kopie van het Brabants boerenhoen, alleen in een kleiner formaat met een gewicht van rond de 1000 gram.

Het Brabants boerenhoen wordt soms verward met de Brabanter, een Nederlands kippenras. Deze twee rassen zijn echter totaal verschillend van elkaar en tonen haast geen overeenkomsten.